Ook dit voorjaar willen we natuurlijk allemaal ons paard weer zo snel mogelijk laten genieten van het land! Heel begrijpelijk, maar we zullen ons (gedomesticeerde) paard toch ècht tegen zichzelf in bescherming moeten nemen: voorjaarsgras brengt een verhoogde kans op diarree, hoefbevangenheid en insulineresistentie omdat het suikergehalte in het gras het hoogste is als het begint te groeien (boven 10 graden Celcius).
Vijf tips voor een veilige overgang van de stal naar de weide:
1. Onderzoek heeft aangetoond dat de hoeveelheid suiker (fructaan) in het gras tijdens de middag piekt en ’s avonds het laagste is. Dus het beste is om paarden aan het einde van de ochtend uit het weiland te halen. Het veiligste moment van de dag om te beweiden is vroeg in de ochtend. “Risicopaarden” kunnen daarom het beste tussen 5:00 en 10:00 uur beweid worden, omdat zij ’s middags veel gevaar kunnen lopen. LET OP! Een uitzondering hierop zijn koude nachten gevolgd door een zonnige dag. Door de opslag van fructaan tijdens een koude nacht (als het gras dus niet groeit) komt dit ’s morgens vrij, waardoor de suikerniveaus ’s morgens hoog kunnen zijn. Een mooie richtlijn biedt de fructaan-index; hierop is te zien of er een risico op een hoog suikergehalte in het gras bestaat.
2. Groeiende planten bevatten steeds meer vezels en tegelijkertijd daalt het suikerniveau langzaam. Geef het gras ca. 2 -3 weken de tijd om te groeien, zodat het alvast kan rijpen voordat je je paard er op zet. Na deze periode wordt beweiden steeds veiliger.
3. Voor alle paarden die gevoelig zijn voor hoefbevangenheid of insulineresistentie is het beter om zo min mogelijk toegang tot voorjaarsgras te geven. Geef voldoende hoeveelheden hooi. Kies hooi dat laat in het seizoen gemaaid is, omdat dit meestal minder suiker bevat. Een studie in Engeland heeft aangetoond dat een graasmasker de grasopname met 80% kan verminderen. Daarom is een graasmasker raadzaam voor paarden die in het vroege voorjaar 24 uur per dag worden beweid.
4. Het kan niet vaak genoeg benadrukt worden, hoe belangrijk een geleidelijke overgang naar andere voeding voor paarden is. Geef ’s morgens eerst het gebruikelijke hooi voordat het paard het land op gaat en begin met een uurtje per dag in de weide. Laat het paard elke dag een half uurtje langer grazen.
5. Houd de conditie van het paard nauwlettend in de gaten. Een paard met overgewicht loopt meer risico op medische aandoeningen. Bijvoorbeeld: paarden met insulineresistentie krijgen een vetlaag op de top van de nek, schouders, lendenen, achterhand en boven de ogen. Als een paard zwaar overgewicht heeft, raadpleeg dan een dierenarts of voedingsdeskundige. In veel gevallen van gewichtstoename moet het aanbieden van gras beperkt worden door middel van een graasmasker of door het paard ’s middags uit de weide te halen.